EU-intelligence in Zuid-Holland

ERAC inventariseert periodiek voor de provincie Zuid-Holland hoeveel Europees subsidiegeld er vanaf 2007 tot nu in de provincie is geland en welke impact de Europees gefinancierde projecten hebben gerealiseerd. Met het inzicht dat het goed gaat, maar beter kan, heeft de provincie zich tot doel gesteld van Zuid-Holland een ‘EU-bewuste’ regio te maken.

Het werk van de afdeling Europese Zaken en International Affairs (EU/IA) van de provincie Zuid-Holland heeft drie met elkaar samenhangende dimensies. De eerste is de lobby in Brussel, erop gericht de regio te profileren en te ijveren voor werkbaar beleid en regelgeving. De tweede is het optimaal benutten van de beschikbare Europese middelen. En de derde is het creëren van de juiste randvoorwaarden hiervoor, met name door het opzetten van een slagvaardig netwerk met partners in de regio en in Europa.

Langetermijnstrategie
“Europese financiering is geen doel op zich, maar biedt kansen en kaders die relevant zijn voor onze beleidsterreinen”, verklaart Jean Christophe Spapens, Hoofd EU/IA. “Om die kansen en kaders zichtbaarder te maken, hebben we samen met ERAC de Europese subsidieprogramma’s vertaald naar voor de provincie belangrijke beleidsthema’s, zoals industriële modernisatie, energievernieuwing en duurzame mobiliteit. Vandaaruit bouwen we met partners uit verschillende sectoren aan een langetermijnstrategie om de Europese fondsen gerichter te benutten. Onze rol is hierin die van aanjager, het creëren van bewustzijn en het laten zien welke kansen er liggen.”

De kracht van samenwerking
De provincie Zuid-Holland legt de strategie jaarlijks vast in een concreet jaarplan. “Dit helpt ons focus te verkrijgen en werkbare doelen te stellen op de dimensies lobby, subsidies en Europese regionetwerken”, aldus Spapens. Daarbij is grensoverschrijdende samenwerking cruciaal om bepaalde zaken voor elkaar te krijgen: ”Neem als voorbeeld het thema duurzaam transport, waarvoor we onder meer waterstofbussen in de OV-concessies willen opnemen. Door samenwerking in een Europees consortium realiseren we kritische massa die het voor fabrikanten wenselijk én mogelijk maakt op grote schaal OV-bussen op waterstof te introduceren. Dat krijg je als eenling niet voor elkaar.”

EU-Academy
Spapens heeft met ERAC nagedacht hoe de EU-fondsen beter benut kunnen worden voor de regionale beleidsthema’s. Een van de oplossingen werd gevonden in het organiseren van EU-Academy voor ambtenaren uit Zuid-Hollandse gemeenten en provinciale beleidssectoren. “Met het EU Klasje dat ERAC organiseert, vergroten we de kennis en de capaciteit voor het verwerven van Europese financiering. Tegelijkertijd vormen we hiermee een regionaal netwerk van EU-specialisten. Door in de toekomst intervisies te organiseren, creëren we een blijvend EU-bewustzijn in de regio.”

EU-Alert
Een tweede instrument waarmee EU/IA belanghebbenden in de regio bewust maakt van de mogelijkheden van Europese subsidieprogramma’s, is de EU-Alert. ERAC monitort het komende jaar continu de Brusselse agenda, beleidsmatige ontwikkelingen, relevante evenementen en toekomstige calls for proposals en ordent deze in een periodieke update. Spapens: “Er zijn in Zuid-Holland veel projecten en initiatieven die in aanmerking komen voor subsidie vanuit Europa, maar die projecten moeten op het moment van openstelling wel voldoende zijn opgewerkt. De EU-Alert vergroot het bewustzijn welke kansen er komen en helpt met het verzilveren daarvan.”

De impact van ERAC

“Het verzilveren van Europese kansen is zowel een strategisch als een organisatorisch vraagstuk” zegt Luc van Raaij, senior adviseur bij ERAC. Dit vraagt om een langetermijnstrategie, EU-intelligence en vooral meer regionale interactie. ERAC fungeert op al deze terreinen voor de provincie Zuid-Holland als klankbord en sparring partner voor beleid, strategie en organisatie met betrekking tot de Europese agenda.

“ERAC helpt ons onze ambities handen en voeten te geven. Ze bieden ons daarbij extra capaciteit, maar ook continuïteit door kennisoverdracht. ERAC signaleert bovendien kansen in programma’s waarin wij zelf niet gespecialiseerd zijn en is in staat daar snel specialistische adviseurs aan te koppelen”, besluit Jean-Christophe Spapens.