Slim stukje Noordzee proeftuin voor innovaties

Drenkelingen op zee sneller vinden. Maar ook data genereren die zeilers helpt om beter te presteren of autonoom varen een stap verder brengt. Voor de kust van Den Haag, net buiten de haven van Scheveningen, komt een geavanceerd testgebied van 10 bij 10 zeemijl om antwoorden te vinden op dat soort vragen. Bedrijven, universiteiten, MKB-ondernemers en startups kunnen in dit gebied op open zee innovaties testen en demonstreren.

Het project is ontstaan door samenwerking tussen de TU Delft, de haven van Scheveningen, Sailing Innovation Centre, TNO, KPN, Svasek Hydraulics, het Watersportverbond en de gemeente Den Haag. In de Proeftuin op de Noordzee genereert meetapparatuur een continue stroom data over bijvoorbeeld watertemperatuur, golfhoogte, stroomsnelheid, watertemperatuur en richting. Data worden real time naar de wal gestuurd, verwerkt en geanalyseerd. Zo kunnen systemen worden ontwikkeld of uitgebreid voor bijvoorbeeld autonoom varen, waarnemen van schepen en stromingsmodellen.

Sailing Innovation Centre
De zeilsport bracht het balletje aan het rollen, vertelt Anoek van Vlaardingen, projectmanager Sports Engineering bij de TU Delft. Het Sailing Innovation Centre, dat zijn thuisbasis heeft in Den Haag, helpt bij het versnellen van innovaties in de zeilsport. Er is evenwel behoefte aan meer data die (top)zeilers kunnen gebruiken om zich te verbeteren. “Heel veel apparatuur is echter niet geschikt om mee te nemen op zee.”

Infrastructuur
Al snel toonden meerdere partijen interesse in een testgebied op zee. Dat resulteerde in de Proeftuin op de Noordzee. “In het proefgebied worden de randvoorwaarden gecreëerd zodat iedere deelnemende partij kan onderzoeken wat hij wil’’, zegt Van Vlaardingen. “Groot voordeel van het testgebied is dat er een gezamenlijke infrastructuur is om onderzoek te kunnen doen. We merken dat het project echt is geland. De Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij gaat bijvoorbeeld nieuwe manieren onderzoeken en testen om drenkelingen sneller te detecteren. Superinteressant!” Streven is om zoveel mogelijk MKB-ondernemers en kennisinstellingen te betrekken bij de proef en innovaties ook daadwerkelijk in de markt te zetten.

De partners investeren meer dan vier miljoen euro in het project. Het programma wordt medegefinancierd door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).

De impact van ERAC

Wij hebben de projectpartners begeleid bij de ontwikkeling van het project. Dat leidde uiteindelijk tot een Europese aanvraag die is goedgekeurd. “Nu begeleiden we het project bij de uitvoering”, vertelt Han ten Berge, adviseur bij ERAC. “Dat bestaat uit praktische begeleiding, zodat het project binnen Europese spelregels past.” De toegevoegde waarde van ERAC kwam onder meer tot uitdrukking bij het doorlopen van de aanvraag. “Om subsidie te verkrijgen moet aan strenge eisen worden voldaan’’, zegt Anoek van Vlaardingen. “Dankzij de expertise van ERAC is dat goed verlopen.”