Blog
Financiële Instrumenten

Valorisatie en financiering.
Hoe sterk staat Nederland?

De term valorisatie is in Nederland inmiddels stevig ingeburgerd, vooral in de context van hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Waar universiteiten en hogescholen zich traditioneel richtten op onderwijs en onderzoek, wordt valorisatie tegenwoordig gezien als de derde kerntaak.

Maar wat houdt valorisatie precies in, welke knelpunten bestaan er momenteel en welke rol kan het Nationaal Groeifonds hierin spelen? Saskia Langbroek belicht hoe valorisatie en financiering samenhangen.

Saskia Langbroek-Coppus
Senior Adviseur

Wat is valorisatie en waarom is het belangrijk?

Valorisatie draait om het omzetten van kennis in waarde. Dat kan economisch zijn, bijvoorbeeld wanneer een vinding uit een universiteitslab leidt tot een succesvolle start-up in de biotechnologie. Maar het kan ook maatschappelijk zijn, denk aan gedragswetenschappelijk onderzoek dat verkeersveiligheid verbetert. Het gaat dus niet alleen om patenten en producten, maar ook om maatschappelijke meerwaarde.

In de woorden van de overheid is valorisatie ‘kennis doorgeven en toepassen, zodat deze bijdraagt aan innovatie, economische groei en maatschappelijke vooruitgang.‘ Daarmee vormt het een brug tussen wetenschap, bedrijfsleven en samenleving.

Door onderzoek om te zetten in toepasbare technologieën en diensten kan valorisatie bijdragen aan de concurrentiekracht van Nederland. Een mooi voorbeeld is SMART Photonics, een spin-off van de TU Eindhoven die fotonische chips ontwikkelt. Het bedrijf groeide de afgelopen jaren uit tot een internationale speler en creëerde meer dan honderdvijftig banen.

Knelpunten en mogelijke oplossingen

Toch verloopt valorisatie niet vanzelf. In de praktijk lopen onderzoekers, bedrijven en maatschappelijke organisaties tegen een reeks structurele problemen aan. Enkele voorbeelden daarvan zijn:

Eigenaarschap van patenten
Een terugkerend struikelblok is intellectueel eigendom. Universiteiten willen patenten vastleggen om economische waarde veilig te stellen. Voor bedrijven kan dat weer een drempel zijn om te investeren in samenwerking, omdat de spin-off niet altijd de rechten bezit. Een oplossing kan zijn om te werken met gezamenlijke IP-modellen. Daarbij spreken universiteit en bedrijf af dat ze samen eigenaar zijn van een patent of de rechten delen. Zo profiteren beide partijen en wordt samenwerking aantrekkelijker.

Beperkte ondersteuning
Vrijwel elke universiteit heeft tegenwoordig een technology transfer office of valorisatiecentrum. Toch ontbreekt het vaak nog aan voldoende begeleiding. Jonge onderzoekers die hun eerste stappen richting de markt willen zetten zijn gebaat bij coaching van ervaren ondernemers. Daarnaast is de infrastructuur ongelijk verdeeld. zodat Regio’s met een sterk kenniscluster, zoals Brainport in Eindhoven, hebben veel meer mogelijkheden dan andere gebieden. Een mogelijke oplossing is om ondersteuning en coaching landelijk beter te spreiden, zodat ook regio’s buiten de gevestigde clusters toegang krijgen tot dezelfde kansen.

Onvoldoende financieringsmogelijkheden
Veelbelovende Europese start-ups hebben moeite om het nodige kapitaal bijeen te brengen om uit te breiden en tot een volwassen bedrijf uit te groeien Ze zien zich daardoor gedwongen om naar het buitenland te trekken, bijvoorbeeld naar de sterke kapitaalmarkten in de VS, of zichzelf te verkopen aan grotere concurrenten met diepere zakken.[1]

Een belangrijke redenen is dat er in Europa veel minder durfkapitaalfondsen zijn dan in de VS. Bovendien zijn de fondsen die er wel zijn vaak niet groot genoeg om de meest succesvolle bedrijven te laten doorgroeien. Nieuwe instrumenten, zoals Europese fondsen of blended finance, kunnen dit deels opvangen doordat ze extra kapitaal beschikbaar maken en het risico voor private investeerders verlagen.

[1]Bron: Europese Investeringsbank, venture-capital, ETCI

Valorisatie en het Nationaal Groeifonds

Een belangrijke rol in de Nederlandse valorisatiestrategie is weggelegd voor het Nationaal Groeifonds. Het kabinet investeert via dit fonds ruim 11 miljard euro in 50 projecten die bijdragen aan het duurzame verdienvermogen van Nederland. De investeringen richten zich vooral op twee terreinen waar de meeste kansen liggen voor structurele en duurzame economische groei. Het eerste terrein is Kennisontwikkeling en Onderzoek en het tweede terrein is Ontwikkeling en Innovatie. Het gaat om grootschalige projecten die ervoor moeten zorgen dat onderzoeksresultaten sneller worden gedeeld en vertaald naar concrete toepassingen.

Het uitstel van de vierde ronde van het Nationaal Groeifonds veroorzaakt aanzienlijke onzekerheid, vooral voor innovatieve projecten die afhankelijk zijn van externe steun. Tijdens Prinsjesdag werd bekend gemaakt dat het kabinet vanuit de resterende Groeifondsmiddelen 200 miljoen euro bijdraagt aan het aan het European Tech Champions Initiative (ETCI). Dit initiatief ondersteunt de doorgroei van Nederlandse startups. Het ETCI wordt beheerd door het Europees Investeringsfonds (EIF), de dochteronderneming van de EIB voor de financiering van kleine en middelgrote ondernemingen.

ERAC en valorisatie

Valorisatie brengt wetenschap dichter bij de samenleving en draagt bij aan de concurrentiekracht van Nederland. Het Nationaal Groeifonds geeft daarbij een forse impuls, maar er is geen ruimte meer voor nieuwe plannen. Zo is een bijdrage voor het Deltaplan Valorisatie, met als doel het aantal universitaire start-ups te verdubbelen, helaas ingetrokken.

De uitdagingen voor de komende jaren blijven dan ook de samenwerking versterken en onderzoekers de middelen geven om hun ideeën de wereld in te brengen. Publieke middelen zijn niet voldoende om alle succesvolle start-ups te laten doorgroeien. Creatieve financieringsoplossingen zijn nodig. Blended finance, waarbij subsidiegeld helpt om de risico’s voor private investeerders te verlagen, kan een belangrijke rol spelen. Samenwerking tussen overheden, institutionele investeerders, filantropische organisaties en private financiers is essentieel om schaalbare en innovatieve oplossingen te realiseren voor de maatschappelijke uitdagingen van vandaag.

Als ERAC vinden we valorisatie belangrijk omdat kennis pas echt waarde krijgt wanneer die wordt toegepast en bijdraagt aan het duurzaam verdienvermogen van Nederland. Wij kunnen daar een rol in spelen doordat we veel ervaring hebben met het opzetten en combineren van financieringsinstrumenten. Van nationale en Europese subsidies tot regionale investeringsfondsen en blended finance, wij weten hoe publieke en private middelen elkaar

Meer weten?

Neem direct contact op met
Saskia Langbroek

+31 (0)6 10 41 51 60
saskialangbroek@erac.nl

    voorwaarden